17 sep 2025
De tweedaagse cursus Hoogsensitiviteit bij volwassenen bij RINO amsterdam wordt verzorgd door twee bevlogen en ervaren docenten: Sabijn Arts en Suzanne Nieuwenhuijs-Mekking. In dit interview delen zij hun visie op hoogsensitiviteit (HSP) en geven ze een inkijkje in de thema’s die centraal staan in de cursus.
Sabijn is psycholoog, adviseur, teamcoach en trainer. Sinds 2000 begeleidt ze hoogsensitieve mensen. Eerst ruim 20 jaar vanuit haar eigen praktijk en sinds 2024 vanuit Ardis. Ze heeft zich gespecialiseerd in cognitieve gedragstherapie, ACT, mindful compassie, neurodiversiteit en de kracht van intuïtie. Sabijn ontwikkelde de methodiek ‘From Head to Heart ®’ voor hoogsensitieve mensen.
Suzanne is jurist van huis uit en nu gecertificeerd trainer en CRKBO-geregistreerd docent, gespecialiseerd in hoogsensitiviteit op de werkvloer. Ze spreekt regelmatig op landelijke congressen voor professionals in zorg en welzijn over hoogsensitiviteit en prikkelmanagement.
In de cursus brengen ze wetenschappelijke kennis en praktijkervaring samen om professionals te inspireren en concrete handvatten te geven in de begeleiding van hoogsensitieve volwassenen.
Klopt het dat HSP volgens de DSM-5 geen officiële diagnose is? Wat voor meerwaarde heeft het voor de cliënt om toch het ‘’label’’ te krijgen?
Suzanne: Klopt, HSP is geen officiële diagnose. Het staat dus niet in de DSM-5 en verzekeringstechnisch levert het niks op. Toch zie ik dat mensen het vaak fijn vinden om er een naam aan te geven. Het geeft houvast: “Oh, dus ik ben niet raar, dit bestaat gewoon.” Dat helpt bij zelfacceptatie. De groeiende bekendheid helpt ook. Mensen voelen zich steeds vrijer om hulp te zoeken en serieus met hun sensitiviteit aan de slag te gaan. Dat geeft niet alleen erkenning, maar ook toestemming aan henzelf: “Ik mag dit serieus nemen.”
Sabijn: Ja, precies. Het gaat om erkenning. Veel hoogsensitieve mensen hebben van jongs af aan gehoord dat ze zich aanstellen, te gevoelig zijn of te serieus zijn. Als ze ontdekken dat hun brein écht anders werkt, geeft dat enorme opluchting en bevestiging. Het is vaak het begin van anders met jezelf omgaan. Uit wetenschappelijk onderzoek komt duidelijk naar voren dat de informatieverwerking bij HSP'ers anders verloopt. Dat er wetenschappelijk onderzoek naar gedaan wordt en er daarmee inzicht komt in hoe het hoogsensitieve brein werkt, helpt ook bij de erkenning.
Suzanne: Een label kan je beperken als je je erachter gaat verschuilen, maar meestal zie ik dat het juist ruimte geeft. Het leidt tot meer zelfinzicht, zelfacceptatie en uiteindelijk ook meer zelfsturing. Mensen begrijpen ineens waarom het op de werkvloer bijvoorbeeld steeds spaak loopt.
Sabijn: En dat inzicht is cruciaal, zeker bij overprikkeling. Veel cliënten weten in het begin niet waar hun grenzen liggen. Met tools zoals een prikkelplan of de Clarity Map brengen we dat samen in kaart: wat triggert je, hoe herken je signalen, wat helpt je te herstellen? Dan ontstaat regie. Hoogsensitiviteit is namelijk ook een kracht, met prachtige kwaliteiten als empathie, intuïtie en creativiteit. Je kunt echter pas echt in je kracht staan, als je leert omgaan met de kwetsbare kanten.
Uit jullie antwoord blijkt dat HSP'ers vaak zelf allerlei opvattingen hebben over hun hoogsensitiviteit. Maar hoe kijken ggz-professionals er eigenlijk naar? Wat zijn de terugkerende misvattingen die jullie tegenkomen?
Sabijn: Lange tijd werd HSP in de ggz niet serieus genomen. Het werd gezien als een hype, een modegril of iets zweverigs. Omdat het niet in de DSM staat, bestond het zogezegd niet. Veel cliënten voelden zich daardoor niet gehoord en kwamen zo naar mijn praktijk. Gelukkig zie ik de laatste jaren echt een verschuiving. Dankzij wetenschappelijk onderzoek is er meer bewustwording en ook meer openheid onder professionals. Dat maakt het makkelijker om hoogsensitiviteit te herkennen en mee te nemen in de begeleiding.
Suzanne: Ja, dat herken ik. Soms vraag ik me af of ik niet te positief kijk, want mijn referentiekader is dat organisaties en professionals er actief mee aan de slag willen. Maar het feit dat er inmiddels congressen zijn over HSP en overprikkeling, en dat psychologen cliënten doorverwijzen naar een HSP-coach, dat was een paar jaar geleden echt ondenkbaar. Het is mooi om te zien dat er zoveel vooruitgang wordt geboekt.
Sabijn: Precies. Het hoort ook bij ieder veranderproces: eerst weerstand, dan onderzoek en daarna langzaam meer erkenning. We zijn er nog niet, want HSP is nog lang niet zo ingeburgerd als ADHD, dyslexie of autisme. Uiteindelijk zou het zo bekend moeten zijn dat iedere professional het kan meenemen in zijn analyse en begeleiding. Daar is nog echt werk te doen, maar de beweging is gelukkig ingezet en onze cursus sluit daar mooi bij aan.
Je noemde net al ADHD en ASS, Sabijn, en dat sluit mooi aan op de volgende vraag: in de cursusomschrijving staat dat HSP-kenmerken deelt met ADHD en ASS. Welke overeenkomsten zien jullie?
Suzanne: De grootste overlap zit toch wel in prikkelgevoeligheid. Dat zie je bij HSP, maar net zo goed bij ADHD, ASS, burn-out, migraine of zelfs bij niet-aangeboren hersenletsel. Dus het feit dat iemand prikkelgevoelig is, betekent niet automatisch dat diegene hoogsensitief is. Bij HSP gaat het meer over de diepgaande verwerking van prikkels in het brein. Het gedrag van iemand die hoogsensitief is, kan soms lijken op dat van iemand met ADHD, zoals impulsiviteit of focusverlies, maar bij HSP is dat vaak incidenteel en gekoppeld aan overprikkeling, terwijl het bij ADHD structureler aanwezig is.
Sabijn: Ja, daar sluit ik me helemaal bij aan. Bij HSP speelt ook emotionele prikkelgevoeligheid een rol, bij ADHD soms ook, afhankelijk van het subtype. Bij ASS uit de gevoeligheid zich voornamelijk in de zintuiglijke prikkelverwerking. Daarnaast zijn de structurele verschillen belangrijk, zo zie je bij HSP diepe informatieverwerking en sterke afstemming op de omgeving.
Suzanne: En labels kunnen ook samen voorkomen. Je kunt iemand tegenkomen die én ADHD heeft én hoogsensitief is, of iemand die hoogbegaafd én hoogsensitief is. Daarom is het zo belangrijk om niet alleen naar gedrag te kijken, maar vooral naar wat eronder zit.
Eerder zeiden jullie ook dat hoogsensitieve mensen worstelen met opvattingen of overtuigingen over zichzelf. Hoe kun je bij HSP-cliënten diepgewortelde overtuigingen als “ik ben te gevoelig” of “ik moet me aanpassen” aanpakken?
Sabijn: Het begint met een stukje erkenning: hoogsensitiviteit is geen ‘te gevoelig zijn’, maar een andere manier van informatie verwerken. Je neemt dieper en meer waar, en daardoor voel je bijvoorbeeld emoties ook sterker. Alleen al dat besef helpt om overtuigingen als “ik ben te gevoelig” los te gaan laten. Het is gewoon hoe je brein werkt.
Vervolgens kijk je naar de oorsprong van die overtuigingen. Vaak komen ze uit opvoeding of maatschappelijke verwachtingen. Acceptance and Commitment Therapy (ACT) sluit hier heel goed bij aan met technieken zoals fusie en defusie. Werken vanuit waarden en zelfcompassie helpt om afstand te nemen van dat kritische stemmetje. Veel HSP’ers kampen met een negatief zelfbeeld of perfectionisme, en juist het ontwikkelen van een mildere, vriendelijkere houding naar jezelf is dan cruciaal.
Suzanne: Inderdaad, het begint vaak al bij het begrip: uitleg over hoe het brein werkt en hoe prikkelverwerking in elkaar zit. Dat helpt enorm bij acceptatie, bij het besef: ‘’ik ben niet raar, maar anders bedraad.’’ Vanuit dat inzicht kun je vervolgens verder werken aan onderliggende thema’s die steeds terugkomen. Denk aan zelfliefde, zelfacceptatie en assertiviteit. Veel hoogsensitieve mensen vinden het lastig om hun grenzen te bewaken, om een conflict aan te gaan of om goed voor zichzelf te zorgen: het belang van de ander komt altijd eerst. Met zulke vraagstukken kloppen cliënten vaak aan bij een coach of behandelaar.
Kun je bij hoogsensitieve cliënten reguliere behandelmethodieken gewoon toepassen, of vraagt hun hoogsensitiviteit om aanpassing?
Suzanne: Reguliere methodieken kun je prima inzetten bij hoogsensitieve cliënten. Het verschil zit ’m vooral in de manier waarop je ze toepast. Je moet continu afstemmen op hoe het hoogsensitieve brein werkt. Neem een oefening of huiswerkopdracht: veel HSP’ers vinden het lastig om aan te geven dat iets niet goed voelt. Ik check dan bij ze in: “Is dit echt haalbaar voor je? Voelt dit comfortabel?” Want grenzen aangeven en assertiviteit zijn vaak thema’s waar HSP’ers mee worstelen. Ook kijk ik naar de behandelvorm: iemand die snel overprikkeld raakt of alles perfect wil doen, heeft baat bij kortere sessies of minder belastende opdrachten. Het gaat dus om dezelfde methodiek, maar met extra oog voor die gevoeligheden.
Sabijn: Ja, ik sluit me daarbij aan. Therapieën zoals cognitieve gedragstherapie, schematherapie en ACT werken ook goed bij HSP’ers. Het gaat er vooral om dat je als professional snapt hoe hun brein werkt. Bijvoorbeeld bij assertiviteit: een HSP’er is van nature sterk afgestemd op de omgeving en voelt feilloos aan wat iets met de ander doet. Daardoor wordt het lastiger om eigen grenzen te stellen. Dat komt niet voort uit trauma, maar uit hun natuurlijke manier van waarnemen. Als je dat niet meeneemt, loop je het risico dat huiswerk of oefeningen minder aanslaan.
En hetzelfde geldt voor ervaringen: omdat HSP’ers dieper verwerken en intenser voelen, kunnen zowel positieve als negatieve gebeurtenissen veel langer doorwerken. Een hoogsensitief kind kan bijvoorbeeld nog lang last hebben van een moment waarop de juf boos werd op een klasgenoot. Dan helpt het niet om te zeggen: “Het ging toch niet over jou?” Ze weten dat wel, maar hun systeem reageert anders. Dat besef is essentieel in de begeleiding.
Suzanne: Als ik een coachee met HSP behandel en bijvoorbeeld een registratie-opdracht geef, denk ik meteen: wordt dit niet te veel? Kan dit faalangst of perfectionisme triggeren? Soms is er een relatie met het coachdoel. Mijn observaties neem ik mee in het formuleren van opdrachten. Het is belangrijk dat een behandelaar kennis heeft van het HSP-brein en zich bewust is van die specifieke aandachtspunten.
Kunnen jullie een praktijkvoorbeeld delen waarin het label HSP het ontbrekende puzzelstukje bleek bij een cliënt?
Sabijn: Wat we vaak zien, zijn paniekaanvallen. En die komen niet altijd voort uit een paniekstoornis of angststoornis, maar soms gewoon uit pure overprikkeling. Dan lijkt het alsof er sprake is van een angstprobleem, terwijl het in de kern gaat om te veel prikkels en te weinig hersteltijd. Er is daarnaast een verhoogde comorbiditeit van HSP met stress, burnout, angst en depressieve klachten. Bij dergelijke problematiek is het altijd raadzaam te onderzoeken of hoogsensitiviteit een rol speelt. Dat kan een belangrijke ingang zijn voor duurzaam herstel.
Suzanne: Burn-out kom ik inderdaad heel vaak tegen. Mensen leren wel over grenzen stellen of selfcare, maar zolang ze hun hoogsensitiviteit niet begrijpen, voelt dat als een luxe in plaats van een noodzaak. Maar het kan ook een ontbrekend puzzelstukje zijn in de zoektocht naar passend werk. Ik had bijvoorbeeld een coachee die jarenlang dacht dat ze niet genoeg aankon. Ze koos daarom steeds voor banen met veel externe prikkels, zoals werken op een reisbureau. Intussen raakte ze óók onderprikkeld, omdat ze intellectueel niet genoeg werd uitgedaagd. Pas toen ze ontdekte dat ze de verkeerde prikkels tot zich nam, viel alles op zijn plek. Ze stapte over naar inhoudelijk werk in een rustige setting met minder externe drukte en meer interne uitdaging, en ineens kon ze prima functioneren.
Sabijn: In bepaalde levensfases zie je ook weer andere uitdagingen. Veel mensen lopen tegen klachten aan wanneer er minder ruimte overblijft voor herstel, bijvoorbeeld bij de komst van kinderen. Waar er eerst tijd was om alleen op te laden, verdwijnt die marge. Dan ontstaat disbalans, met alle gevolgen van dien. En bij mannen speelt nog iets anders. Hoogsensitieve mannen hebben een extra uitdaging. Hoogsensitief zijn kan botsen met maatschappelijke normen over mannelijkheid. HSP mannen worstelen er vaak mee dat ze ‘niet mannelijk genoeg’ zijn als ze hun sensitieve kant laten zien. Als mannen het als kracht leren inzetten, zie je dat dat hun leiderschap enorm versterkt en het vaak precies brengt wat nodig is.
Suzanne: Rond de veertig zie je vaak dat de perimenopauze een rol gaat spelen. Ook dan krijgen veel vrouwen te maken met meer overprikkeling. Niet alleen trauma of emotionele gebeurtenissen worden door HSP’ers intenser beleefd, maar ook lichamelijke klachten. Pijn, opvliegers, slecht slapen, een kort lontje: de hele overgang kan daardoor extra zwaar aanvoelen. Ofwel, ook hier kan kennis van deze bijzondere eigenschap de sleutel zijn naar herstel. We kijken er dan ook naar uit om diverse ggz-professionals in deze vernieuwde tweedaagse cursus te treffen.
Meer weten over hoogsensitiviteit en hoe je jouw cliënt het beste kan begeleiden? Bekijk dan onze tweedaagse cursus Hoogsensitiviteit bij volwassenen verzorgd door Sabijn en Suzanne.
Deel dit artikel
RINO op Twitter
Tweets van @rinoamsterdam