Nieuwe plaatsvervangend hoofdopleider: Marjolein Koementas - de Vos

23 nov 2020

Op 1 december 2020 startte Marjolein Koementas-de Vos als plaatsvervangend hoofdopleider bij de GZ-opleiding. Wat haar achtergrond is en hoe zij tegen de rol en de opleiding van GZ-psychologen aankijkt, dat lees je in onderstaand interview.

Kun je ons iets meer vertellen over jouw achtergrond?

“In tegenstelling tot wat gebruikelijk is, startte ik al vlot na mijn master Psychologie met de GZ-opleiding. Dat voelde als een logische volgende stap om mijn kennis en vaardigheden te vergroten. Inmiddels zijn er plannen om een aansluiting Master-GZ mogelijk te maken, wat ik een positieve ontwikkeling vind.

Door de GZ-opleiding werd mijn nieuwsgierigheid voor complexe psychische problemen alleen maar groter en toen ik de mogelijkheid kreeg om de opleiding tot klinisch psycholoog bij GGZ Noord-Holland-Noord te volgen, heb ik dat gelijk gedaan. Die opleiding volgde ik bij RINO amsterdam. Inmiddels werk ik sinds 2015 als klinisch psycholoog en psychotherapeut en als hoofddocent. Ook ben ik VGCt supervisor, groepstherapeut-NVGP, leadexpert Diagnostiek en promovenda.”

Image

 

Waarom is opleiden voor jou zo belangrijk?

"Naast mijn werk als clinicus heb ik altijd affiniteit gehad met opleiden. Eerst als practicumdocent aan de universiteit en later als docent bij RINO amsterdam. Met name de GZ-opleiding ken ik goed vanuit verschillende rollen: als supervisor, werkbegeleider, praktijkopleider en (hoofd)docent. Ik haal veel voldoening uit het samenwerken met opleidelingen en collega’s, die zich inzetten voor een optimaal leerklimaat om zo de psychologische zorg te verbeteren.

Als plaatsvervangend hoofdopleider GZ ga ik mij, samen met Marrie Bekker, hoofdopleider GZ, richten op het verder ontwikkelen van de opleiding die toekomstbestendig is. Daarbij vestigen we de aandacht op Evidence-based, Ehealth en Diversiteit (EED) en spelen we in op recente ontwikkelingen vanuit de wetenschap en de praktijk, onder andere de aankomende veranderingen van de beroepenstructuren. Ik kijk ernaar uit om deze uitdaging aan te gaan."

Welke mogelijkheden zie jij in het bevorderen van het herstel van cliënten?

"De GGZ maakt allerlei ontwikkelingen door: In het land zijn er kritische geluiden over de wachttijden en is de administratieve druk voor professionals hoog. Dit zijn zeker belangrijke onderwerpen, maar mijn aandacht gaat vooral uit naar de directe zorg voor patiënten. Hoe kunnen we samen begrijpen wat er met een patiënt aan de hand is en welke mogelijkheden zijn er binnen en buiten de GGZ om het herstel te bevorderen? Met “we” bedoel ik niet alleen de hulpverleners, maar juist ook de patiënt en zijn omgeving."

Hoe zie jij de rol van de GZ-psycholoog daarin?

"De rol van psychologen in het bevorderen van herstel bestaat onder andere uit het uitvoeren van diagnostiek, het bieden van evidence based behandelingen en het routinematig evalueren van de behandelvoortgang. Er liggen kansen voor psychologen om samen met de patiënt, zijn omgeving én andere disciplines te kijken wat echt nodig is. Wat kan de patiënt zelf doen, binnen zijn mogelijkheden en welke ondersteuning kan vanuit de omgeving komen? De rol van regiebehandelaar vind ik goed passen bij psychologen, omdat zij bij uitstek worden opgeleid om processen te observeren, knelpunten te signaleren en passend te interveniëren waar nodig. Dit kan op het niveau van de patiënt, maar ook op team- en organisatieniveau."

Je bent naast opleider ook onderzoeker. Kun je iets meer vertellen over jouw promotieonderzoek?

"Al jaren werk ik met plezier met groepen, vooral omdat de kracht van een groep tot waardevolle nieuwe inzichten en veranderingen kan leiden die jij als individuele hulpverlener niet voor elkaar kan krijgen. Als groepstherapeut is het een uitdaging om de verschillende processen te bevorderen en tegelijkertijd de individuele voortgang te monitoren.

Mijn promotieonderzoek gaat over Feedback in Groepstherapie en heeft als doel om behandeluitkomsten te verbeteren door een eenvoudige interventie waarbij de behandelvoortgang van individuele deelnemers te gevolgd wordt met actieve betrokkenheid van de groep.

Bij feedback wordt de behandelvoortgang op frequente basis gemonitord en teruggekoppeld aan de behandelaar en/of de patiënt. Het gebruik van voortgangsfeedback leidt tot betere therapie-uitkomsten, met name bij patiënten die onvoldoende van de behandeling kunnen profiteren. Interessant is dat met name patiënten positief zijn over het gebruik: het biedt inzicht in het eigen proces en het stelt ze in staat om van elkaar te leren."

Noot van de redactie
Wil je meer weten over het onderzoek? Lees dan het artikel in het Tijdschrift Groepen verscheen een artikel over feedback in groepstherapie (Koementas-de Vos, 2019).

 


Nieuwsoverzicht

Deel dit artikel

Social media

Volg je ons al op social media?

RINO op Twitter