De loopbaan van Patricia van Oppen

28 nov 2023

Ze begon jong bij Amsterdam UMC/GGZ inGeest en is nu P-opleider. 'Ik heb weleens gedacht: moet ik niet weg?' Maar ze houdt van Amsterdam, heeft fijne collega's en een prachtige carrière. 'Ik vind de gekte heel leuk.'

Analytisch
Ze groeide op in Heerlen, 'de grote drugsstad'. In de jaren zeventig werd de heroïne gratis uitgedeeld in het uitgaanscircuit. Ze zag er vrienden aan kapotgaan. Zelf heeft ze wel wat geëxperimenteerd, 'maar nooit harddrugs, hoor'. 
Aanvankelijk wilde ze de verpleging B in, de psychiatrische kant. 'Ik hield van ziektes. Als jong kind keek ik op tv al naar reportages over kanker. Wel apart, hè?' Ze kwam echter snel tot de conclusie dat ze te eigengereid was voor de verpleging. 'Dan zou iedereen me gaan vertellen wat ik zou moeten doen, dat past niet bij mij.' Het meer uitvoerende van het klinische werk trok haar wel: 'Ik ben best een doener, maar wel in combinatie met analytisch denken.' 
Ze begon met de studie Gezondheidswetenschappen in Maastricht, waar ze matig enthousiast over was. En toen kwam er een nieuwe afstudeerrichting op haar pad: Geestelijke Gezondheidskunde, waar ze meteen door werd gegrepen. 'In Maastricht hadden we weinig hoorcolleges en veel werkcolleges. Met prominente inspirerende docenten zoals Marcel van den Hout en Reinier Kreutzkamp. Het was analytisch, met veel onderzoek, maar ook praktisch georiënteerd met vakken als gedragstherapie. Dat past perfect bij mij.'

Vliegangst
Net zoals ze werd aangetrokken door ziektes, was ze ook gefascineerd door afwijkend gedrag in de psychiatrie. Ze liep stage bij de psychiatrische instelling Vijverdal, op de gedragstherapeutische behandelafdeling. En zo kwam ze in contact met mensen met angst en dwang, door wie ze haar hele werkende leven gefascineerd is gebleven. 'Super interessant', noemt ze deze cliënten. 'Ik vind het intrigerend: zo afwijkend en tegelijkertijd erg invoelbaar. Ik heb zelf behoorlijke vliegangst gehad, ik ben bang voor spinnen en ook niet dol op poezen. Bij cliënten zijn die angsten uitvergroot.' 
In Vijverdal behandelde ze ook veel jongvolwassenen met anorexia nervosa, maar met die groep had Patricia minder affiniteit: 'Zelf was ik in die tijd heel wat kilo's dikker. Dan zette je zo'n extreem mager meisje voor de spiegel en dan beschreef ze zichzelf als moddervet. Ik begreep daar niets van! Angst snapte ik veel beter.' 

Dwang
Na haar studie wilde ze weleens weg uit het Zuiden. Ze zag een leuke vacature in Amsterdam: een behandelfunctie op de angstpoli. Ze kreeg de baan niet, maar werd daarna wel gebeld of ze een onderzoeksbaan wilde. Zo kwam zij als PhD terecht bij de afdeling psychiatrie van de VU. Het onderzoek ging over de diagnostiek en behandeling van mensen met een obsessieve compulsieve stoornis. Dat wilde Patricia graag, op voorwaarde dat ze wel één dag in de week mocht behandelen. En zo geschiedde, bij GGZ inGeest. Ze is er altijd blijven hangen. 
'Ik heb weleens gedacht: Moet ik hier niet eens weg? Maar ik heb een goede onderzoeksgroep, fijne collega's en vind mijn werk nog steeds leuk.'
Ze is doorgegroeid in het onderzoek: 'Ik behandel mensen met angststoornissen, dwang of een depressie voor een dag in de week.'

Ambitie
Daarnaast is ze met veel plezier opleider. 'We begonnen zo'n jaar of twintig geleden met één PioG per twee jaar, en momenteel hebben we zo'n 60 à 65 p-opleidelingen rondlopen, verdeeld over de drie BIG-opleidingen. De opleiding trekt jonge, energieke, vernieuwingsgezinde medewerkers aan, wat het klinische werk nieuwe impulsen geeft. Het werken met leergierige professionals met ambitie zou ik niet willen missen. Opleiden is een inspirerend vak.' 

Dochters
Haar zuidelijke accent is ze niet verloren, maar ze is verknocht geraakt aan Amsterdam. Jarenlang woonde ze met haar twee dochters in de Rivierenbuurt. Als gescheiden moeder had ze nog een flinke kluif aan hen toen ze in de puberteit kwamen. 'Als ik de kamer binnenkwam, ging de één zuchten en de ander rolde met haar ogen.'
Met de dochters is het helemaal goed gekomen: haar oudste dochter woont zelfs in een appartement boven haar. Beiden zijn net als hun moeder gegrepen door de zorg: de oudste volgt ook een PhD- en een behandeltraject met jongvolwassenen bij Arkin. De jongste is bezig met haar coschappen. 

Trauma
Patricia begeleidt een groot aantal onderzoeken. Zoals naar depressie en jeugdtrauma: 'Een groot deel van de mensen die somber zijn, heeft nare jeugdtrauma's meegemaakt. Dan moet je niet alleen denken aan mishandeling of misbruik, maar ook aan kinderen die niet gezien worden of genegeerd. We geven de helft van de mensen een behandeling die gericht is op dat trauma: EMDR of imaginaire rescripting. We kijken dan of deze cliënten beter opknappen dan de cliënten die de reguliere behandeling voor depressie krijgen.' 

Blootstellen
Haar fascinatie voor mensen met angst en obsessies is ze nooit verloren. 'Bijvoorbeeld heteroseksuelen die bang zijn dat ze homoseksueel zijn, of andersom. Het heeft een enorme impact op hun leven, ik vind dat aangrijpend. Ze verbreken hun relaties, kijken steeds pornofilmpjes om te checken of ze niet stiekem opgewonden raken. Ik ken mensen die contact met hun kinderen vermijden omdat ze bang zijn pedoseksueel te zijn.' 
Ze spreekt met passie over mogelijke behandelmethoden. 'Exposure werkt het beste. Dat klinkt simpel: mensen gewoonweg blootstellen aan hun angsten. Maar het is een kunst iemand zover te krijgen. Als je bang bent dat je pedo bent: ga dan maar eens stoeien met je nichtje om te merken of dat je iets doet.' 

Blikseminslag
Haar eigen vliegangst is ook minder geworden door exposure. 'Als kind was ik heel bang, maar in die tijd vloog ik ook minder. In 1989 was er een belangrijk congres in Oxford, toen moest ik wel. In het vliegtuig zaten een paar gedragstherapeuten uit Maastricht die mijn exposure begeleidden. En ik had vooraf informatie opgezocht over de gevaren van vliegen. Dat was een mooie combinatie van cognitieve therapie en gedragstherapie.
Wel jammer dat ik jaren later een keer een blikseminslag op het vliegtuig meemaakte. De enorme klap op het vliegtuig gaf helaas even een terugval. Maar oefening baart kunst en dit geldt zeker voor exposure.'
Gezien het feit dat Patricia al zo'n 34 jaar werkt bij dezelfde werkgever lijkt de kans klein dat ze nog een carrièreswitch gaat maken. En met haar hoge energieniveau is haar verwachting niet dat ze eerder zal stoppen met werken. 'Ik hoop nog minimaal een jaartje of acht op deze plek actief te blijven!'

Patricia van Oppen


Nieuwsoverzicht

Deel dit artikel

Social media

Volg je ons al op social media?

RINO op Twitter