De loopbaan van ... Marrie Bekker

17 jan 2024

Ze heeft een enorme staat van dienst, maar is er bescheiden over: 'Gewoon ouder worden, dan heb je vanzelf heel veel gedaan.' Volgend jaar gaat ze met pensioen als hoofdopleider van de GZ-opleidingen, maar stoppen met werken zal ze niet. 

In haar werkkamer thuis hangt een mooie oude Franse boerenklok. Hij komt uit haar ouderlijk huis, ze woonden naast een klokkenmaker. 'Hij slaat elk half en elk heel uur, en dan na twee minuten opnieuw. Gemaakt om de boeren wakker te maken.' Je zou de klok kunnen zien als een metafoor, die kalm de slagen wegtikt tot haar pensioen in mei volgend jaar. Maar, van een rustige oude dag is geen sprake: 'Ik heb vrienden bij wie het werk na hun pensioen helemaal uit hun hoofd is verdwenen, maar voor mij gaat dat niet op.' 

Officieel is ze al met pensioen: in juni 2022 nam ze afscheid bij de Universiteit van Tilburg, waar ze hoogleraar Klinische psychologie was. Nu werkt ze nog drie dagen in de week bij RINO amsterdam en een dag als hoogleraar bij de VU, waar ze vijf promovendi onder haar hoede heeft. En dan werkt ze ook nog aan de Engelstalige versie van een boek over autonomie en de 'autonomie versterkende therapie' die ze ontwikkelde. Maar daarover later meer. 

Marrie begon haar loopbaan met een studie klinische psychologie aan de Universiteit van Amsterdam, nadat ze was uitgeloot voor geneeskunde. Maar toen ze zich verdiepte in de anti-psychiatrie zoals van Foudraine, besefte ze dat ze beter op haar plek zat in de meer sociale, klinisch-psychologische hoek. Al tijdens haar studie kwam de ondernemende en ambitieuze kant van Marrie naar voren, toen ze naast haar studie voor twintig uur in de week programma's ging opzetten voor studenten tandheelkunde, voor training van sociale vaardigheden. Al zou ze zichzelf niet ambitieus noemen: 'Ik had geluk dat ik deze baan kreeg. En in die tijd studeerden we heel lang, hè?!'

Haar afstudeeronderwerp was agorafobie. 'In die tijd liep er een indrukwekkend groot project onder leiding van de bekende psycholoog Johan Barendregt. Fobieën werden bekeken vanuit verschillende invalshoeken: de fysiologie, het systeem, habituatie. Ik bekeek het vanuit de feministische hoek: waarom treft het meestal vrouwen. Barendregt vond toch een begeleider en de invalshoek is altijd bij haar gebleven. Ze is verheugd over de huidige feministische inhaalslag zoals van de MeToo-beweging. 'Neem die kus van die Spaanse  voorzitter; mannen zien nu dat er publieke consequenties volgen op grensoverschrijdend gedrag.' 

Na haar afstuderen in 1974 ging Marrie samen met een goede vriendin groepen opzetten voor vrouwen met eetstoornissen. 

‘In die tijd was hier nauwelijks aandacht voor, zeker niet voor boulimia. Wij wierven vrouwen via Amsterdamse krantjes, en kregen deelnemers die zeiden: “Goh, is er een naam voor wat ik heb?”
Vanuit haar interesse in vrouwenstudies kwam ze terecht bij de Universiteit van Tilburg. ‘Dat was echt een leuke baan. We zetten cursussen op over psychologische onderwerpen binnen vrouwenstudies, als twee vrouwen in een grote faculteit met vrijwel uitsluitend mannen. In de slipstream wilden we ook wetenschappelijke artikelen schrijven; we gingen toen braaf aan de directeur vragen of dat mocht. Het was nog niet zoals nu: dat je juist moet publiceren.’

Marrie wilde graag promoveren, en verwierf daarvoor een driejarige landelijke beurs voor emancipatie-onderzoek. ‘Naast mijn werk in Tilburg maakte ik daarmee deel uit van een club onderzoekers aan de UvA die zich bezighield met vrouwen en gezondheid, en veelal werd begeleid door de feministisch ingestelde Walter Everaerd. Ik ben gepromoveerd op de rol van autonomie in agorafobie en eetstoornissen.’

Het concept autonomie vormt een belangrijk thema in haar carrière. ‘Autonomie is het vermogen tot zelfsturing, in grote levensbeslissingen zoals: welke partner kies ik, welke studie wil ik volgen. Maar ook in kleine dingen van uur tot uur: in welke thee heb ik nu zin, hoe wil ik nu regeren in dit gesprek? Cliënten hebben vaak een zwak ontwikkeld zelfgevoel, voortkomend uit trauma’s of onveilige hechting. En dan kom je gemakkelijk in situaties waarin je niet happy bent: “Mijn man wil vissen, en dan ga ik maar weer mee omwille van de lieve vrede.”

Marrie bestudeerde de rol van autonomie in psychopathologie, maar voegde het concept van ‘verbondenheid’ toe als onlosmakelijke component. ‘Het idee was altijd dat je je in de loop van de puberteit moet losmaken. Maar in die tijd is klinisch en wetenschappelijk naar voren gekomen dat vrouwen veel explicieter leven in verbondenheid: ze hebben meer flexibele ‘ego-grenzen’ en houden meer rekening met anderen. Voor vrouwen is het meer expliciet belangrijk dan voor mannen om, terwijl ze autonoom hun behoeften realiseren, tegelijkertijd hun relaties goed te houden. Voor mannen is dit trouwens uiteindelijk ook heel belangrijk.’ Bekker ontwikkelde een meetinstrument voor deze ‘autonomie-gehechtheid’; en een protocol om autonomie te versterken. Dat meetinstrument is inmiddels in allerlei talen vertaald. ‘Ik kreeg net een appje dat ze het beschikbaar willen maken in India!’

Verbondenheid is iets wat in haar eigen leven ook een grote rol speelt. Ze is bescheiden en staat erom bekend dat ze geïnteresseerd is in haar collega’s. ‘Ik vind het belangrijk om het leuk te hebben met de mensen met wie ik werk, ja.’ Ze is heel blij met haar collega’s van RINO amsterdam. Onder haar leiding werd de afgelopen drie jaar het hele curriculum volledig vernieuwd. ‘We hebben alles overhoopgehaald, en ik vond het super bijzonder hoe coöperatief en geëngageerd iedereen zich hierbij heeft opgesteld!’
Ook is ze dankbaar voor de mooie samenwerkingen tijdens haar loopbaan, zoals de projecten met onderzoeksgelden die ze samen met Women Inc binnenhaalde voor onderzoek naar vrouwen en geestelijke gezondheid. En voor het Handboek psychopathologie bij vrouwen en mannen: ‘We hebben voor de hele DSM alle sekseverschillen in kaart gebracht. Zoals waarom angststoornissen vooral bij vrouwen voorkomen, sekseverschillen in manifestatie, in risicofactoren, enzovoort.’

Verbondenheid klinkt ook door als ze over haar gezin praat, ze heeft een dochter van 28 en een zoon van 31. Met z’n vieren zijn ze twintig jaar geleden een half jaar naar Colorado geweest. Bekker kon er onderzoek doen naar eetstoornissen, haar man werkte ook aan de universiteit en kon daar samen met collega’s op het gebied van leerstoornissen onderzoek doen. ‘We zaten daar prachtig aan de voet van de Rocky’s, in het weekend gingen we de natuur in.’

Als ze dit jaar met pensioen gaat, gaat ze beslist niet achter de geraniums zitten. Naast haar voortgaande werk gaat ze wel meer tijd besteden aan een bijzondere hobby: bijen houden. ‘Samen met mijn dochter heb ik een bijenvolk, dat we zo veilig mogelijk door de winter loodsen. Het lijkt me geweldig ook wat schooltuinlesjes te geven aan kinderen over bijen.’ En ook hierin heeft Marrie geen pretenties: ‘Ik doe het vooral voor het behoud van de insecten, het is mijn bescheiden bijdrage aan de natuurherstel.’  

Marrie Bekker


Nieuwsoverzicht

Deel dit artikel

Social media

Volg je ons al op social media?

RINO op Twitter