Digitale hulp helpt mentale gezondheid studenten, maar effect op studie onzeker

Digitale interventies kunnen bijdragen aan de mentale gezondheid van studenten, maar er is nog onvoldoende bewijs dat deze ook hun studieprestaties verbeteren. Dat blijkt uit onderzoek van psycholoog Felix Bolinski van de Vrije Universiteit Amsterdam.

Veel mentale gezondheidsproblemen ontstaan rond het begin van de studententijd. Studenten vormen daarom een risicogroep voor klachten als depressie en angst. De universiteit is bij uitstek een plek waar preventieve en innovatieve oplossingen voor studentwelzijn getest kunnen worden. Bolinski onderzocht hoe technologie kan bijdragen aan het verbeteren van de mentale gezondheid van studenten.

Digitale hulp werkt – maar niet voor alles
Bolinski onderzocht de inzet van digitale mentale gezondheidsinterventies (Digital Mental Health Interventions, DMHI’s), zoals internet- en virtual reality-gebaseerde programma’s. Hoewel deze interventies bij de algemene bevolking bewezen effectief zijn, blijken ze onder studenten vaak minder impact te hebben. Ook is een belangrijke bevinding dat het bevorderen van mentaal welzijn niet direct leidt tot betere studieresultaten – een aanname die vaak wordt gedaan.

Een opvallende uitkomst van het onderzoek 'Innovating Technologies for Improving Student Mental Health' is dat relatief weinig studenten met milde klachten bereid waren deel te nemen aan het onderzoek. “Dat laat zien hoe belangrijk het is om goed aan te sluiten bij de behoeften en motivatie van studenten,” aldus Bolinski.

Machine learning en VR als onderzoeksmethoden
Naast het effect van de interventies zelf, richtte Bolinski zich ook op vernieuwende onderzoeksmethoden. Zo paste hij Bayesiaanse statistiek toe in gecontroleerde studies en meta-analyses, en gebruikte hij machine learning om te voorspellen welke studenten bereid zijn hulp te zoeken. Daaruit bleek dat vooral de ernst van mentale klachten én sociale factoren doorslaggevend zijn. Internationale studenten zouden volgens het voorspelmodel baat kunnen hebben bij een specifiekere benadering.

Integrale aanpak nodig
Bolinski's onderzoeksresultaten onderstrepen het belang van een integrale aanpak van mentale gezondheid binnen het hoger onderwijs. Hij pleit ervoor om digitale interventies niet los te zien van bredere, structurele maatregelen in het onderwijs: “Het is cruciaal dat universiteiten niet alleen inzetten op innovatieve technologie, maar ook oog houden voor de sociale en psychologische context van studenten.”

Bron: vu.nl